zondag 21 december 2008

Beamups: een revolutie in nieuwsdistributie

"Make news, make money!" Met die catchy slogan werd op 15 december de bètaversie van het online nieuwsdistributieplatform beamups.com gelanceerd. Het doel van de website: de oude manier van nieuwsgaring en nieuwsdistributie radicaal veranderen.

Beamups is het geesteskind van Boaz Eshtai en Yosi Romano, twee Israëlische cameramannen. Samen hebben ze meer dan 35 jaar ervaring in de nieuwsindustrie. Alleen, zonder zelf de beeldrechten te bezitten op ook maar één van hun nieuwsverslagen.

De twee bleven niet bij de pakken zitten. Ze spraken hun contacten in de nieuwsindustrie aan en kwamen met een totaal nieuw concept voor de distributie van nieuwsbeelden op de proppen.

Het resultaat is Beamups, een online platform waar journalisten en cameramensen videofragmenten kunnen uploaden, die daarna rechtstreeks door televisie-omroepen kunnen gekocht worden.

Wat is dan het verschil met de manier waarop persagentschappen werken, hoor ik u denken. Bij een persagentschap sta je al je rechten meteen af als je bepaalde beelden verkoopt. Zij verkopen dit op hun beurt verder aan televisie-omroepen, zoveel als ze willen en zonder hiervoor iets extra aan de originele auteur te betalen.

Bij Beamups houd je steeds zelf de rechten op jouw beelden in handen en kan je deze zoveel doorverkopen als je wilt. Bij elke transactie word je ook steeds betaald. Hoeveel dat is, bepaal je zelf door een verkoopsom vast te leggen.

Op bestelling

Beamups brengt nog een ander groot voordeel met zich mee. Nu worden nieuwsbeelden nog grotendeels 'op bestelling' gedraaid. Persagentschappen en televisie-omroepen sturen cameraploegen naar 's werelds brandhaarden, maar heel wat andere sterke verhalen gaan grotendeels verloren omdat er geen (video)journalisten aanwezig zijn.

Via Beamups kan een journalist of cameraman genoeg geld verdienen met beelden die hij op eigen initiatief maakt. Om de geloofwaardigheid van het systeem te bevorderen, krijgt iedere gebruiker een 'credibility'-label toegekend aan de hand van verschillende parameters, zoals het aantal verkochte beelden.

Maar voor niets gaat de zon op. Beamups biedt (video)journalisten een uniek kanaal aan om hun beelden zelf te verspreiden, maar roomt bij elke transactie wel 30 procent van de verkoopsom af. Daarmee blijft het systeem in principe wel nog altijd een stuk winstgevender dan wanneer je beelden doorverkoopt aan een persagentschap.

Studentenwedstrijd

Om de lancering van Beamups te vieren, organiseert het nieuwsplatform een videowedstrijd voor media- en journalistiekstudenten. Onder de winnaars wordt een geldprijs van 2.500 dollar (1.775 euro) verdeeld.

De wedstrijd loopt van 15 december tot 31 januari. De werktaal (voor voice-overs en ondertiteling) is Engels. Alle details en een inschrijvingsformulier vind je
hier.


dinsdag 2 december 2008

Op zoek naar de duivel in Coca-Cola

Komiek, auteur, presentator, activist: het is moeilijk om Mark Thomas in één woord te omschrijven. De Londense duizendpoot heeft net een nieuw boek uit, 'Belching Out the Devil', waarin hij de wanpraktijken van Coca-Cola aanpakt. Ik sprak Thomas over het boek tijdens de European Investigative Journalism Conference die eind november in Brussel plaatsvond.

In uw nieuw boek neemt u het op tegen Coca-Cola. Waarom hebt u gekozen om net over dit bedrijf te schrijven?
Er zijn veel redenen. Eén reden is dat ze het grootste merk ter wereld zijn. Ze zijn niet het grootste bedrijf, maar wel het grootste merk. Ten tweede is het geen wapenfabriek, geen tabaksbedrijf en geen oliemaatschappij, dus ze zijn niet de 'usual suspects'. Om die twee redenen wilde ik een soort casestudy maken over globalisering en de manier waarop multinationals te werk gaan en met hun verantwoordelijkheid omgaan. En daarnaast, als kind hield ik ongelooflijk van Coca-Cola. Ze geven jaarlijks 2,5 miljard dollar (2 miljard euro) uit aan reclame en een deel van dat geld is aan mij besteed. Ze kwamen dus eerst achter mij aan. Nu ga ik achter hen aan.

Hebt u ook voor Coca-Cola gekozen omdat het een icoon van het Westerse kapitalisme is?
Ja, maar het gaat eigenlijk veel verder dan Amerika. Veel mensen beschouwen Coca-Cola als een Amerikaans bedrijf, maar het is een internationaal bedrijf. in 2006 rekende ik uit dat ze omwille van hun "belastingsefficiency" slechts 22,8% belastingen betalen in plaats van de gebruikelijke 35%. Dat komt onder meer doordat veel van hun activiteiten in het buitenland gevestigd zijn. Hierdoor verliest Amerika elk jaar een miljard dollar (800 miljoen euro) aan belastingsinkomsten van Coca-Cola. Dat zou ik geen Amerikaans bedrijf durven noemen.

Het boek handelt over een heel ernstig onderwerp. Hoe verleidt u het publiek om er toch over te lezen?
Eén manier is om zelf naar alle belangrijke plaatsen te gaan en de mensen er te ontmoeten en rechtstreeks met hen te praten. Zo komen alle stemmen van de mensen onderaan de ladder aan bod. Hun verhalen zijn ongelooflijk sterk en ontroerend. Ze zijn niet enkel ontroerend omwille van de benarde situatie waarin ze zich bevinden, maar ze zijn aangrijpend en inspirerend omwille van de acties die ze ondernamen om het bedrijf uiteindelijk te verslaan. Dat is echt opwindend. Zo krijg je uiteindelijk allemaal enorm interessante mensen bij elkaar. Ik denk dat het belangrijkst is om alles ook als een verhaal te vertellen, zodat het een reis wordt. En omdat ik mijn carrière als komiek begonnen ben, zie ik de dingen op een bepaalde manier. Ik merk dingen op die je alleen als komiek zou zien en brei daar op voort. Sommige van die zaken zijn echt bizar en sommige zijn dan weer erg grappig. Hopelijk zijn die grappige observaties genoeg om de lezer geboeid te houden.

Humor speelt dus een belangrijke rol. Hangt daar geen risico aan vast dat het ook uw geloofwaardigheid ondermijnt? Men zou kunnen denken: "Oh, hij is er gewoon mee aan het spotten."
Je kan dat doen, maar humor benadrukt ook de kloof tussen wat belangrijk is en wat niet. Als je iets bespreekt dat ongelooflijk ernstig en belangrijk is, dan maakt het niet uit dat je een paar pagina's eerder de draak aan het steken was. Trouwens, het leven is zo. Het leven is niet zwart of wit, grappig of triest. Het is een mix van verschillende ervaringen, die allemaal deel uitmaken van dezelfde reis. Twee van mijn favoriete filmmakers zijn Ken Loach en Mike Leigh en hun verhalen zijn altijd grappig en altijd triest. Als het goed genoeg is voor hen, is het goed genoeg voor mij.


U hebt heel wat onderzoek gedaan voor u aan het boek begon. Was u desondanks verrast door sommige van de verhalen die u op uw reizen tegenkwam?

Ja, zeker en vast. Toen ik naar een land als India ging, wist ik niet precies waar ik aan toe was. Ik wist waar we zouden beginnen, maar ik wist niet hoe het vandaar zou verlopen en wie ik zou ontmoeten. Ik leerde een fantastische kerel kennen die we tot in Jaipur zijn gevolgd en terwijl we hem aan het volgen waren, sleurde een andere kerel ons mee. Hij stelde ons voor aan tijdelijke werkkrachten die gedwongen werden om zonder maskers, beschermende kledij of veiligheidsmateriaal met chemische stoffen te werken, allemaal voor Coca-Cola. De enige keer dat ze veiligheidsmateriaal zagen, was wanneer de auditoren langskwamen. Dat was shockerend, omdat het om die mensen hun leven gaat. Daar kan je niet zomaar mee spelen. Tot op een zekere hoogte kan je zeggen dat frisdrank en agressieve marketing een ding is, maar mensen hun leven echt in gevaar brengen, is van een heel ander niveau.

U vindt het blijkbaar erg belangrijk om de problematiek die u behandelt een menselijk gezicht te geven.
Ja, absoluut. Al deze verhalen zijn menselijk, er spelen allemaal mensen in mee. En als lezers zich niet kunnen vereenzelvigen met die menselijke verhalen, ga je steeds minder mensen krijgen die erover lezen. Dan zal je enkel nog diegenen bereiken die heel geïnteresseerd zijn in dat specifieke onderwerp. Ik wil net dat zoveel mogelijk mensen het boek lezen. Ik wil dat mensen weten dat Coca-Cola's grootste problemen van gewone mensen komen. De mensen die teruggevochten hebben tegen de uitwassen en wantoestanden van Coca-Cola zijn gewone mensen die in situaties terechtkwamen waarin ze gedwongen werden om te vechten. En ze hebben het er fantastisch van afgebracht.

zaterdag 29 november 2008

New York New York

Velen verklaarden me gek, maar ik besloot het er toch op te wagen. Het gaat over mijn blitzbezoek aan New York city vorige winter. New York in 48 uur! Als ik het zo hoor klinkt het inderdaad een beetje krankzinnig en dat was het ook. Wat volgt is het verslag van twee dolle dagen. Vanop het Empire State Building over The Hudson met de heli en via Madison Square Garden tot Ground Zero! What a rush!



Om 9 uur in Brussel vertrekken en om 11 in New York aankomen, dat moet je kunnen hè. Amper 2 uur na de landing stond ik al op de top van het dak van New York, bovenop het Empire State Building! Het uitzicht was adembenemend, or so I've been told want de zichtbaarheid boven was vrij slecht. Maar ja wat doe je, je bent er, je hebt je aan een strak schema te houden en bovendien waren de tickets al van thuis besteld!

Met de voetjes op de begane grond 'sjeesden' we doorheen de stad waar een georchestreerde chaos heerst. Een moment van bezinning was aangebroken en ik stapte St. Paul’s Cathedral binnen. Ooit een opvallende kathedraal, nu versmacht door de wolkenkrabbers errond. Van daar ging het naar Grand Central Station, met zijn enorme inkomhal. De tijd vliegt werkelijk zeker als je maar twee dagen hebt, we gaan voor een snelle hap in een pizzatent. Nou laat die snel maar achterwege, het cliché klopt! Everything is bigger in The States. Ik bestel een bescheiden peperoni, maar Luigi serveert me werkelijk een mastodont van een pizza! "I ordered the small one", zei ik vriendelijk. "That iiiiis the small one dude", repliceerde hij met een sappig Amerikaans accent.


Na even mijn ogen de kost te hebben gegeven op Times Square, werd het stilaan tijd voor de ‘main event’. Een bezoek aan de legendarische sporttempel: Madison Square Garden, thuishaven van de al even legendarische basketbalploeg de New York Knicks. En hoewel de wedstrijd om 03.00u Belgische tijd begon, was ik ‘pumped up’ voor een lekkere pot NBA basketbal. Na de ontgoocheling van de nipt verloren partij te hebben doorgespoeld werd het tijd om even mijn bed op te zoeken.


Die nachtrust was van korte duur, slechts een vijftal uurtjes later was ik van mijn Starbucks koffie aan het slurpen, de route voor de dag uitstippelend. Op het menu: Vrijheidsbeeld, Ground Zero en een helikoptervlucht over de Hudson. Er heerste mogelijk nog meer drukte dan de dag ervoor. De reden hiervoor was dat de New York Giants, het plaatselijke American Football team de dag ervoor de Superbowl hadden gewonnen, hét sportevenement van het jaar in Amerika. Op een bus werden de helden doorheen ‘The Canyon of Fame’ gevoerd, waar ze door meer dan 1 miljoen mensen werden toegejuicht.
Doch, dat stond eigenlijk niet op het programma dus wij trokken met de boot richting Staten Island, even voelde ik me als een echte immigrant, zoekend naar een nieuw bestaan in het land van de ongekende mogelijkheden. En dan, plots uit de mist opdoemend, groter dan ik ooit had gedacht stond ze daar:
Lady Liberty.

Na een rondleiding op Ellis Island, de plaats waarlangs alle immigranten moesten passeren om het land binnen te komen, ging het richting Ground Zero. Waar men ooit op de Twin Towers kon staan, waant men zich nu op een immense bouwwerf. Maar de aanblik van de gedenktekens voor alle slachtoffers, net als de timeline waarop minuut per minuut de gebeurtenissen van 11 september worden beschreven deden mij toch even slikken. Om de gevoelige snaar helemaal te raken speelde een dakloze Amazing Grace. Akkoord het lijkt allemaal wat melodramatisch, maar op dat moment stond de tijd voor mij toch even stil.
Bij valavond stond ons nog een helikoptervlucht over de Hudson te wachten. Deze korte vlucht gaf een schitterend beeld van de New Yorkse skyline.

Na nog een kleine ochtendwandeling in Central Park was het tijd om de aftocht te blazen. Twee dagen is echt weinig, maar mocht ik de kans krijgen, ik vertrok meteen opnieuw. Van de terugreis herinner ik me bijzonder weinig, niet onlogisch denk ik dus: slaapwel en tot de volgende keer.

dinsdag 25 november 2008

Hoe verkoop je Europa?

Afgelopen dinsdag ging op Canvas het tweede deel van de historische documentairereeks ‘In Europa’ van start. Geert Mak, presentator van de televisiereeks en auteur van gelijknamige boek, gaf op vrijdag 21 november een lezing in Brussel getiteld 'Hoe verkoop je Europa?'.

Mak was de eerste om toe te geven dat het onderwerp van de lezing nogal ongelukkig geformuleerd was. Het doel was eerder om te tonen hoe journalisten van 'Europa' een leesbaar en herkenbaar onderwerp kunnen maken.

De Nederlandse journalist schoot het debat op gang met een huizenhoog maar waar cliché: Brussel is niet ‘sexy’. “Hoewel Brussel het centrum is van het Europese politieke reilen en zeilen, is dit vooral enkel leuk voor insiders.

“Wat in Brussel gebeurt, past – in tegenstelling tot de nationale en regionale politieke arena – niet bij de regels van het drama en theater. Dit maakt het extreem moeilijk om een aantrekkelijk verhaal over de EU te schrijven”, zegt de Nederlander.

Zijn oordeel is even eenvoudig als ontnuchterend: te veel instellingen, te weinig menselijke gezichten.

Joe the Plumber

Hoe kan je dan over de EU verslag uitbrengen op een manier die de aandacht van het publiek trekt? “De sleutel ligt bij het verbinden van wat men in Brussel beslist met de burgers die door deze maatregelen getroffen worden.

“Amerikaanse journalisten zijn hier meesters in . Ze zijn heel goed in verbanden leggen tussen Washington DC en Joe the Plumber
, om het zo te zeggen. In Europa doen we dit niet.

“Als journalisten hier mensen aan het woord laten, interviewen ze de fabrieksdirecteur, niet de arbeider. Je moet dus voortdurend in- en uitzoomen en heen en terug gaan tussen enerzijds Brussel en anderzijds het effect van EU op het dagelijkse leven.

“Maar dit is zeker geen oproep voor meer triviale straatinterviews. Nee, je moet interessante mensen vinden die echt iets te zeggen hebben. Op die manier geef je ‘Europa’ een menselijk gezicht en dat is essentieel om je lezer aan te trekken.”

Zuid-Koreaans

En dat is net wat Mak van plan was toen hij in 1999, aan de vooravond van het nieuwe millennium, op een jaar lange reis door het Oude Continent vertrok.

Eerst verscheen er een reeks artikelen in
de Nederlandse kwaliteitskrant NRC Handelsblad, gevolgd door 'In Europa', een turf over de turbulente geschiedenis van Europa in de twintigste eeuw.

'In Europa’ schoot in Nederland meteen naar de top van de bestsellerslijst en op de golven van dit succes kwam er een 35-delige televisieserie gebaseerd op het boek die sinds deze week terug op Canvas te zien is.

Intussen werd het boek al in vijftien talen vertaald, met zelfs een Zuid-Koreaanse versie die binnenkort verschijnt.

Mak heeft een eenvoudige verklaring voor dit succes: "Mensen zijn echt wel geïnteresseerd in Europa. Ik merkte een enorme gretigheid naar kennis over Europa. Je moet het verhaal gewoon op een aantrekkelijke manier vertellen.”

Geen babysitters


Tot slot gaf Mak zijn collega-journalisten nog twee tips mee om hun verslaggeving over Europa te verbeteren.

“Eerst en vooral moeten we onze nationale loopgraven verlaten en als Europeanen beginnen te denken en verslag geven. Amerikaanse correspondenten zijn in dat opzicht het beste voorbeeld.

“Omdat ze van nature uit een zekere afstand hebben ten opzichte van de EU, komen de beste artikels over Europa van hun pen”, zegt Mak.

“Ten tweede moeten we onze politiek loopgraven verlaten. Wij, journalisten, geraken vaak ongewild verstrikt in het politieke systeem waar we over schrijven. Bijna iedereen van ons is gefascineerd door de Europese ervaring.

We willen dus geen deel uitmaken van het kamp van de nationalisten of anti-Europeanen en zijn daarom niet altijd even kritisch als we zouden moeten zijn.”

Daarom hield Mak een warm pleidooi voor een meer kritische benadering van de EU. “Onze taak is niet om Europa te verkopen, maar om zo kritisch mogelijk te zijn.

“Europa heeft nu meer dan ooit nood aan kritische journalisten. Wij zijn geen babysitters, maar spionnen in opdracht van onze hedendaagse vorst, de lezers en kijkers van ons werk.”

Mauro and the Grooms in het Stuk, Leuven

Voor Mauro Pawlowski en zijn Grooms het Leuvense Stuk zouden leren hoe rock-'n-roll vandaag moet klinken, was het eerst aan Vermin Twins, het groepje van Lotte Vanhamel (jawel, zus van) en Micha Volders, ook drummer bij El Guapo Stuntteam. Met de Vermin Twins brengen zij een vreemde, Prince-eske mengeling van Melt Banana en Daft Punk. Die mengeling werkte niet het hele optreden lang even goed, maar heel vaak was het er wel pal op. Dankzij de aanstekelijke maar niet echt radiovriendelijke songs, maar ook dankzij de soms wel heel erg hyperkinetische moves van zowel Volders als Vanhamel. Niet iedereen was even erg onder de indruk, maar laat u gerust binnenkort zélf overtuigen. Op 20 december staan ze in de AB voor EXIT '08, met ook, onder andere, Gorillaz Sound System.

Tijdens de soundcheck voor het optreden van The Grooms kwam ook Mauro al op, en prompt maakten enkele toeschouwers verafgodingsgebaren - als dat een woord is. Dat gaat ons een beetje te ver, maar het zegt wel veel over Mauro's status in de Belgische muziek. Naast zijn jobje als gitarist bij dEUS heeft hij nog duizenden heel verschillende projecten lopen: van onbeluisterbare free jazz over bijna easy-listening powerpop tot heel sferische 'muziek'. Op de afgelopen editie van "De Nachten" kon je Mauro in maar liefst acht van zijn gedaantes gaan zien. Hoewel niet alles kwalitatief even hoogstaand was, scheen het daar toch zwaar de moeite te zijn.

Maar terug naar het concert van 19 november. Dat begon met heel wat nummers van de enige langspeler die the Grooms voorlopig al uit hebben, "Black Europa" (2004). Die plaat mag dan bij het grote publiek niet zo bekend zijn, de aanwezige fans kenden ze zeker wel. Terecht, want "Black Europa" is misschien een van de beste Belgische platen ooit. Op die plaat brengt hij rock-'n-roll, 'loud enough for the boys, and sexy enough for the girls' zoals ook Josh Homme zijn muziek het liefst brengt.
Na een paar nummers volgden enkele van de nieuwe nummers die op de volgende plaat, "Days To Burn", zouden moeten komen. Op het optreden in de Charlatan, dit voorjaar nog, leek het er nog naar dat er ooit wel eens een nieuwe plaat zou komen. Ondertussen is de plaat wel helemaal opgenomen, maar zou Mauro niet bepaald tevreden zijn met de opnames. Alles moet dus opnieuw opgenomen worden, en het is maar de vraag of het ooit nog zover zal komen.
Ook misschien omdat die nieuwe nummers nog niet zo af zijn. Ze klonken nog lang niet zo voldragen als de andere Groomsnummers. Eentje begon zelfs als slechte stadionrock, maar tegen het einde was dat alweer lang vergeten. Maar natuurlijk zitten er ook weer pareltjes tussen die nieuwe nummers. 'Leaving Montreux' en het prachtige 'Out Of The Storm' bijvoorbeeld (hier te beluisteren in een solosessie voor StuBru).
En bovendien zagen we een Mauro in goeden doen. Al hadden de hoeveelheden drank voor het optreden daar misschien wel wat mee te maken. Toen bleek dat een nummer was ingezet met Mauro op de verkeerde gitaar, merkte hij op dat het the Beatles - heuse professionals, nietwaar - niet snel zou overkomen. Een bandje ook waar we nog veel van zullen horen volgens muziekkenner Pawlowski. En zo volgden er nog wel een paar geintjes. Gelukkig bleef de muziek op het eerste plan, zoals dat hoort.
In de bissen volgden nog enkele nummers van de uitstekende "Ghost Rock EP". Memorabel was, alweer, de 'Dance Of The Grooms' waarmee the Grooms elk concert afsluiten. Rondom mij gingen enkele mannen op leeftijd geweldig uit hun dak. Enkele Leuvense en Brusselse 'Gommers' zouden later die avond hetzelfde doen.
(foto van karolien123, flickr)

donderdag 13 november 2008

Brand bij Dakan, brand bij Dakan (2).

Het is ondertussen al bijna twee weken geleden dat twee van de lokalen van onze Chiro uitbrandden. Onder mijn berichtje enkele foto's.
In tussentijd hebben we niet stilgezeten. Na een zogenaamd ontspanningsweekend, vorig weekend, zijn we er op Wapenstilstand weer ingevlogen. Althans, in zover dat mogelijk is. Want door het hele gedoe met verzekeringen en andere moet alles nog zoveel mogelijk onaangeraakt blijven. Maar ideeën en ideetjes hebben we ondertussen wel al.

Dit jaar bestaat de 'grote Chiro', Chiro Nationaal, 75 jaar. En naar aanleiding van die verjaardag was er al een grootse Startdag in Gent, begin september. Midden december volgt er nog een gigantische 'Fuif mee'-actie, eind april is er Olé Pistolé en het feestjaar wordt afgesloten met het vierjaarlijkse megabivak Krinkel. Maar het hele jaar door zijn er ook stunts die de chiro in de kijker moeten brengen, onder de noemer 'stunt mee'.

En ook Chiro Dakan zal meestunten. Uiteraard. Door op 75 uur de twee uitgebrande lokalen weer zo goed als nieuw en heel erg chiro te maken. Dat zal heel wat voorbereiding vragen, maar we zijn met zijn allen heel enthousiast. Maar daarnaast zal dat ook heel wat centjes vragen. Die centjes gaan we inzamelen door sponsors. Die sponsors zullen ons kunnen sponsoren aan 1 euro per minuut, wat natuurlijk geen geld is. Het verdere hoe, wat en wanneer moeten we nog beter bekijken, maar zie: het idee is er al.
Later hierover meer.
Maar nu eerst: foto's voor de betere ramptoerist. Deze blog heet niet voor niets de betere blog.


Zicht op de twee uitgebrande lokalen.


De ene kant van het leiderslokaal, met een whiteboard dat de brand net niet overleefd heeft.


De andere kant, met onder andere een onbruikbare koelkast.


De keuken doorstond de brand wat beter. Maar ook de pompoenen die we de volgende dag zouden uithollen, zijn onbruikbaar geworden.

maandag 10 november 2008

Fotoverslag: Internationaal Tuningsalon, Mechelen

Afgelopen weekend zakten 76.000 tuningliefhebbers af naar de Nekkerhal in Mechelen voor de 9e editie van het Internationaal Tuningsalon. Uitgebouwde wagens, opgedreven motoren en de onvermijdelijke babes: je vindt ze allemaal terug in onderstaand fotoverslag.

Fotobijschriften:

1) Nog even alles opblinken voor het grote publiek toestroomt.
2) Eén van de publiekstrekkers dit jaar: de wagens uit het populaire BBC-programma Top Gear.
3) Verchroomde en vergulde motor.
4) Uitgebouwde oldtimer.
5) Duidelijk geen Mercedes-fan.
6) Moeten er nog schermen zijn?
7) De beursbabes voeren hun show op.
8) Lamborghini deuren.
9) Creatief met nummerplaten.
10) Stretched Hummer H2.
11) Omgebouwd Smart-interieur.
12) Het was blijkbaar nogal warm binnen.

13) Ook verwoede tuners voelen de economische crisis...

















vrijdag 7 november 2008

Maradona aan het roer van Argentinië


De roep om ‘Don Diego’

Argentinië is in de ban van de nieuwe bondscoach van de Argentijnse nationale ploeg. Fronste u ook even de wenkbrauwen toen u vernam dat Diego Armando Maradona het roer van het zwalpende schip, dat de nationale ploeg van Argentinië momenteel toch is, zou overnemen? Wij hoe dan ook wel. De genialiteit van de man in kwestie als voetballer trekken we hier niet in twijfel. Hij was één van de sierlijkste voetballers die ooit op deze aardbol heeft rondgelopen. Maradona, de man die z’n volk leerde voetballen. Eigenhandig schonk hij in 86’ zijn land de Wereldbeker.


Nu wordt ‘Pluisje’ opgezadeld met een nieuwe taak. Hij moet de vedetten van de ‘albiceleste’ opnieuw op het rechte pad krijgen. Hij, de man die ongeveer evenveel tijd in afkickcentra voor alcohol en drugs heeft gespendeerd dan dat hij op een voetbalveld stond, moet hij voor de kentering zorgen!? Dat lijkt ons eerder een wanhoopspoging van de Argentijnse bondsbonzen dan een doordachte meesterzet. Heeft hij eigenlijk een trainersdiploma? Neen is het antwoord. Virtuositeit als speler staat niet garant voor successen als coach. Een trainer moet zoveel meer betekenen voor zijn ploeg. Hij moet over meer dan louter voetbaltechnische capaciteiten beschikken. Hij moet tactisch inzicht hebben in het spelletje, hij moet de tegenstanders door en door kennen en bovenal: hij moet de neuzen van de vedetten dezelfde richting laten opkijken. Laten we hem nu net voor dat laatste onderdeel van de twijfel gunnen. Maradona is in Argentinië een ander woord voor God. Iedereen, werkelijk iedereen kijkt naar hem op.


Komende zaterdag staat de eerste echte test op het programma voor Maradonna. Argentinië werkt er een oefenwedstrijd af tegen de Schotten. Het serieuzere werk volgt natuurlijk nog nadien de eindronde van de wereldbeker in Zuid-Afrika. Waarbij slechts één vraag op alle Argentijnse lippen brandt: kan 'Don Diego' opnieuw de wereldbeker aan zijn thuisland schenken.

Vijf links voor een betere wereld

Op het gevaar voor een geitenwollensokker versleten te worden, moet ik het kwijt: onze planeet is er slecht aan toe. Het goede nieuws is dat we daar zelf iets aan kunnen veranderen. Bezoek een van volgende sites en maak al klikkende de wereld een betere plek.

De goede doel-game

Gamen voor een betere wereld, het kan vanaf 29 november op glupod.com. Voor 20 dollar (15 euro) koop je een Glupod Angel, een character dat het midden houdt tussen een vogel en een vreemdsoortig insect, waarmee je in het spel aan de slag kan.

De helft van je geld wordt omgezet in ‘glucs’, de munteenheid van de game, en gaat integraal naar een goed doel. Alle goede doelen ter wereld kunnen zich hier gratis voor inschrijven.

Door allerlei minigames te spelen kan je extra glucs verdienen, maar ook verliezen aan andere spelers. Op elk moment kan je die glucs inruilen voor echt geld dat dan naar het goede doel van jouw keuze gaat.


Zwarte zoekmachine

Blackle.com is de energievriendelijke versie van ’s werelds populairste zoekmachine, Google.

Doordat de kleur van het scherm overwegend zwart is, verbruikt je PC minder elektriciteit dan bij de normale, witte Google-versie.

Enorme hoeveelheden energie zal je hiermee niet besparen, maar alle kleine beetjes helpen. Zo heeft de site tot op vandaag al meer dan 912 kWh bespaard.


Babyboompje

In de strijd tegen de opwarming van de aarde spelen bomen een belangrijke rol. Ze halen CO2 uit de lucht en compenseren zo de uitstoot van broeikasgassen.

Op mybabytree.org kan je voor 5,5 dollar (4,25 euro) zelf een boompje kopen dat geplant wordt in het regenwoud van Borneo. Wat dit initiatief zo speciaal maakt, is dat je jouw eigen boom ook echt kan zien opgroeien via Google Earth.

Eens het boompje geplant is, krijg je een link toegestuurd met de exacte locatie en kan je van thuis uit jouw boom volgen.


Op grote voet

5,6 hectare, dat is de oppervlakte productieve grond die de gemiddelde Belg jaarlijks nodig heeft om zijn levensstijl te handhaven. Willen we de biodiversiteit behouden en iedereen een eerlijk aandeel geven, zou elke mens recht hebben op 1,8 hectare.

Er is dus werk aan de winkel en daarmee kan je beginnen door de footprintcalculator van WWF te bezoeken.

Aan de hand van tien eenvoudige vragen berekent deze jouw persoonlijke voetafdruk. Verder krijg je handige tips om je afdruk verder te verkleinen.


Bewust shoppen

Duurzaam leven en winkelen is niet altijd even makkelijk. Op debeterekoop.be vind je een pak concrete tips om te consumeren mét oog voor mens en milieu.

Voor nog meer inspiratie kan je de belevenissen van enkele bekende bloggers lezen die de duurzame levensstijl uitproberen. Onder meer mediababe Ann Van Elsen, schrijfster Lulu Wang en radiopresentator Koen Fillet vertellen hoe zij verantwoord consumeren.

De site is ook interactief: bezoekers kunnen zelf tips aanbrengen, commentaar geven of vragen stellen.

zaterdag 1 november 2008

Brand bij Dakan, brand bij Dakan.

Na een avondje doorwerken gisteren aan opdrachtjes en opdrachten allerlei had ik mezelf een uitslaapvoormiddag beloofd. Maar zo rond half tien deze ochtend riep broer Pieter me wakker met de mededeling 'dat er iemand van de chiro aan de telefoon was'. Pieter zit niet in de chiro en moest dus mij doorgeven. Enigszins verward hoorde ik vanuit mijn bed de mededeling aan, want wie van de chiro belt er nu al op dat vroege uur? Zo lang trekt toch niemand het op café? Zeker niet in Waarschoot. Het was gisteren wel medeleider Brams verjaardag, maar dan nog. Dat en nog veel meer schoot door mijn hoofd.
Dat zorgde ervoor dat broer Sander, die ook chiroleider is en blijkbaar al iets wakkerder was, rapper beneden was om de telefoon aan te nemen. Niet veel later hoorde ik hem naar boven roepen dat 'onze lokalen afgebrand zijn'. Ik was meteen klaarwakker.

Nog geen minuut later stonden we met onze fietsen buiten om in volle vaart naar de chiro te rijden. Onderweg vertelde Sander dat enkel het leiderslokaal en de keuken getroffen waren, wat al meteen een halve geruststelling was. Aangekomen op de chiro bleek het toch erger dan gedacht. Alles uit ons leiderslokaal is weg: stukken van het dak, zetels, tafels, stoelen, vlag, trommel, tv en dvd-speler, de niet onbelangrijke frigo's, vele bakken drank, de vellen karton waarop de liedjes stonden die we wekelijks zongen, het deel van het archief dat we op de chiro bewaren en nog zoveel meer. De keuken was er op het eerste zicht iets minder erg aan toe, maar ook daar is zo goed als alles onbruikbaar geworden.

Onze vriendelijke buurvrouw was heel vroeg vanmorgen wakker gemaakt door haar honden die onraad geroken hadden, en vanzelfsprekend verwittigde ze de pompiers. We mogen van geluk spreken dat ons lokaal zo dicht bij de brandweerkazerne is.
De reacties van de collega-leiders waren intussen al heel gelaten. Veel valt er immers niet meer aan te doen. Het enige wat ons nog rest is vreselijk veel geld ophalen bij iedereen die diep vanbinnen een hart voor de Chiro heeft, en bij uitbreiding ook voor Chiro Dakan. Met dat geld ophalen heeft onze chiro ondertussen al wat ervaring . Het gebouw dat nu afgebrand is, werd begin jaren '90 gebouwd nadat een brand het allereerste, houten, lokaal (° 1956) bijna volledig verwoest had. En de tweede bouw op ons plein is ondertussen ook al aan zijn derde versie toe.

Bij de aankomst op het plein was ook al een mannetje van de regionale pers aangekomen. Daarna zouden er nog twee volgen. Na de noodzakelijke interviews kwam de hoofdleiding verslag uitbrengen over die interviews. En dan weet je, als journalist in spe, tegen welk beeld je als journalist zal moeten opboksen: de 'ze schrijven toch wat ze willen' en 'ze verdraaien je woorden toch' waren niet van de lucht.

En als je er zelf middenin staat, blijkt dat je je wel wat kan inleven in dat beeld. Want wat lees je dan op de sites van Het Nieuwsblad of Het Laatste Nieuws? "Het is nog onduidelijk of de brand werd aangestoken." Jaja. Eigenlijk is nog helemaal niet duidelijk wat de oorzaak is. Er doen natuurlijk al vele wilde verhalen de ronde, maar die zijn op niets gebaseerd. Enkel een expert kan de juiste vaststellingen doen, zoals in de volgende zin van het korte artikel staat. En die expert moet dan nog de hulp inroepen van een hond uit Hoei.

Veel tijd om daarover verontwaardigd te zijn hebben we echter niet. Morgen begint de opkuis en gaan we ons beraden over zogenaamde ludieke acties. Ideeën zijn natuurlijk altijd welkom.

Update: nu ook foto's en een vollediger bericht op het Nieuwsblad.

dinsdag 28 oktober 2008

Antwerps bierwalhalla

De Britse reisgids Lonely Planet bombardeerde Antwerpen in zijn nieuwe gids Best in travel 2009 tot “een van ’s werelds tien beste steden” om te bezoeken. De bijbel voor de eigentijdse rugzaktoerist raadt vooral een “bedevaart" naar Bierhuis Kulminator aan. Reden genoeg om deze biertempel in de koekenstad een bezoekje te brengen.

So impressive”, “best beer bar in the world”, “great atmosphere”. Het zijn maar enkele van de beoordelingen waarmee kenners op de wereldvermaarde website ratebeer.com bierhuis Kulminator omschrijven.

We kunnen ze geen ongelijk geven. De Kulminator is de uitgelezen plek om bij een goed glas bier de tijd uit het oog te verliezen.

Op een boogscheut van de hippe Kammenstraat serveren Leen en Dirk Van Dyck al 29 jaar lang de beste en meest zeldzame bieren. Met maar liefst 750 (!) verschillende trappisten, bocks, lagers en geuzen op de kaart is er voor ieder wat wils.

Gewone Belgische pils komt er wel niet op tafel. “Voor een pintje komen de mensen niet naar hier en dat serveren we dus ook niet. Daarnaast kan je pils ook moeilijk bewaren, want het wordt veel te snel slecht”, zegt uitbaatster Leen Van Dyck.

Bieren op leeftijd zijn dan ook één van de specialiteiten van de Kulminator. Het oudste bier dat momenteel in hun kelder ligt te rijpen, is een La Trappe uit 1975.

Gemoedelijke sfeer

Zoveel moois trekt uiteraard niet enkel Belgische fijnproevers aan. “De helft van onze klanten komt uit het buitenland. We krijgen vooral Amerikanen en Britten over de vloer, maar ook Australiërs, Canadezen en mensen uit Nieuw-Zeeland”, zegt Leen Van Dyck.

Naast de goedgevulde drankkaart zijn het authentieke interieur en de gezellige sfeer de grootste troeven van de Kulminator. Massieve houten tafels, geëmailleerde reclameborden en allerhande bier- en brouwersattributen vormen het ideale decor voor een geslaagde degustatie. De klassieke muziek die steevast op de achtergrond speelt, maakt de gemoedelijke sfeer compleet.

Een bezoek aan de Kulminator is trouwens niet volledig zonder een kijkje te nemen in de gekoelde bewaarruimte, achteraan het café. Langs een groot glazen venster kan je je vergapen aan het rijke aanbod van bierflessen en –flesjes, het ene al stoffiger dan het andere.

Het enige minpunt van de Kulminator zijn de soms forse prijzen. Let goed op als je iets bestelt, want vooral zeldzame bieren of bieren van een specifieke jaargang kunnen wel eens duur uitvallen. Zo betaal je voor de eerder vermelde La Trappe uit 1975 maar liefst 15 euro, al tellen echte bierkenners dit bedrag graag neer voor zo een stukje vloeibare geschiedenis.


Bierhuis Kulminator

  • Vleminckveld 32-34
    2000 Antwerpen
  • Telefoon: 03 / 232 45 38
  • Van dinsdag tot en met vrijdag open van 11u tot 24u, zaterdag vanaf 17u, maandag vanaf 20u. Zon- en feestdagen gesloten.
  • Profiel op ratebeer.com

maandag 27 oktober 2008

KD op maandag

De Vloek van Europa

Een kleine analyse van de 9de speeldag in de Jupiler Pro League leert ons dat Club Brugge dè verliezer is van het weekend. Geen nood voor blauw-zwart ze zijn nog steeds de PvdA. De lusteloosheid waarmee de Bruggelingen speelden op AA Gent stond in schril contrast met de vechtlust die ze toonden afgelopen donderdag in het Lerkendal stadion van Rosenborg. ‘Europees spelen kost punten’ dekte Jacky Mathijssen zich al een beetje in voor de wedstrijd. Een excuus dat vaker wel dan niet van toepassing is, zeker op de Belgische clubs.

Even terugblikken

Club speelde na de goede heenwedstrijd in en tegen Bern slechts 1-1 gelijk thuis tegen Dender. Maar ook Standard ontsnapt niet aan de vloek van Europa. Na de kwalificatie voor de Uefa Cup tegen Everton ging Standard roemloos tenonder tegen Cercle Brugge 4-1. Maar het zijn niet alleen de Belgische ploegen die met dit probleem kampen. Gaat u maar na, PSV, Nancy, Saint-Etienne, Hamburg. Allemaal ploegen die hun Europees duel vorige week winnend afsloten, maar de wedstrijd erna in de eigen competitie punten lieten liggen.

Geen rotatiemogelijkheden


Waaraan ligt dit? Voor de Belgische clubs kunnen we stellen dat zij niet over de kern beschikken om op verschillende fronten een hoofdrol te vertolken. Europees puntengewin zal vaak gepaard gaan met puntenverlies in de eigen competitie. Rotatiemogelijkheden zijn er amper. Een dubbele bezetting van elke positie zonder kwaliteitsverlies is voor een Belgische club een utopie. Vergelijk dit met absolute Europese toppers genre Barcelona of Manchester United en je komt tot de conclusie dat zij zonder problemen over 22 evenwaardige spelers kunnen beschikken.

Daar komt Sporting

In België is er in principe maar één ploeg die over een kern beschikt die meerdere matchen per week moet aankunnen. Jawel, RSC Anderlecht. Maar hun Europese afgang heeft ervoor gezorgd dat ze enkel in België actief zijn. O ironie, Club en Standard zullen in de Uefa Cup voor de nodige punten zorgen, waardoor de Belgische kampioen volgend jaar naar alle waarschijnlijkheid rechtstreeks in de poules van de Champions League terecht zal komen. Als de heren uit de hoofdstad het kunnen opbrengen om elke week te spelen zoals ze dat dit weekend deden zullen ze moeilijk af te stoppen zijn. Nadat Anderlecht de risee was van België zouden het nu wel eens de Brusselaars kunnen zijn die in hun vuistje lachen.

zaterdag 18 oktober 2008

Wie gelooft die mensen nog?


Neen, het gaat niet over de zoveelste politieke crisis. Ook niet over de financiële crisis. Het gaat over de crisis in de wielersport. Na Ricco en Piepoli tijdens de afgelopen Ronde van Frankrijk was het vorige week de beurt aan Stefan Schumacher om tegen de dopinglamp te lopen. Maar daar bleef het niet bij, ook deze week hebben we een nieuwe dopingzondaar, betrapt op het gebruik van ‘CERA’, de derde generatie EPO. Bernhard Kohl: de Oostenrijker met het ietwat gekke kopje, uit de Gerolsteinerploeg.


Wat hebben we van hem genoten de afgelopen Tour de France. Het dartele klimmertje dat zelfs bergkoning werd. Tot onze grootste verbazing bleek deze jongen ook nog een uitstekende tijdrit in de benen te hebben. We vielen van de ene verbazing in de andere. Kende u hem voordien? Wist er iemand die niet obsessief bezig is met wielrennen dat hij in 2006 derde werd in de Dauphiné Liberé? En plots, uit het niets duikt hij op in de grootste rittenkoers ter wereld. Helaas, mooie sprookjes duren andermaal niet lang.


Monsieur 60%


Waar moet het naartoe met een sport die in een vicieuze cirkel verkeert. Wielrenners die hun ganse carrière slikten en spoten dat het een lieve lust was gaan nu anti-doping charters ondertekenen. Het voorbeeld bij uitstek is Bjarne Riis, Tourwinnaar van 1996. Zijn bijnaam in het peleton was ‘monsieur 60%’ verwijzend naar de maximale hematocrietwaarde van zijn bloed. Diezelfde Riis is nu dopingjager nummer één. Wie gelooft die mensen nog?


En toch...


‘Wij zijn er klaar voor. U ook?’ kopte Het Nieuwsblad voor de start van het nieuwe wielerseizoen. Elk jaar opnieuw loopt België warm voor zijn ‘flandriens’, elk jaar opnieuw staat er een massa volk langs de weg om hun ‘helden’ naar de overwinning te schreeuwen. Maar in dit dopingtijdperk wordt elke glansprestatie met de nodige voorzichtigheid aanschouwd. Iedereen wordt gewantrouwd. Onterecht? In sommige gevallen wellicht wel. Maar ook vaak terecht, dat leert ons de waslijst aan positieve dopingtesten. Maar vanaf de start van het nieuwe wielerseizoen zullen alle naïeve wielerfans weer langs de weg staan.


Om het met de woorden van Karl Vannieuwkerke te zeggen: vive le vélo!

Calexico in de AB, Brussel - 13-10-'08

Afgelopen maandag gaf een herboren Calexico een dijk van een optreden in de AB. In de jaren negentig vormde de spil van Calexico, gitarist en zanger Joey Burns en drummer John Convertino, de minzame ritmesectie van Giant Sand. Ondertussen verkoopt Calexico moeiteloos de grote zaal van de AB uit, terwijl Howe Gelb en zijn Giant Sand spijtig genoeg nog altijd voor de spreekwoordelijke zeven man en een paardenkop moet spelen. Geheel onverdiend, dat wel. Waarmee ik niet wil gezegd hebben dat Calexico die aandacht niet verdient. Integendeel. Dat bewezen ze nogmaals in een stampvolle AB.

Het voorprogramma was het Duitse Get Well Soon dat zijn best deed om de aanwezigen te overtuigen van hun muziek die wat doet denken aan Arcade Fire. Al was het maar om de prominente rol van accordeon en viool. Maar in dat overtuigen slaagden ze toch niet echt. Een beleefdheidsapplaus was hun terechte deel.
Heel wat meer enthousiasme was er voor Joey Burns en Paul Niehaus. Zij betraden als eerste het podium om een uitgepuurde versie te brengen van “Bisbee Blue”, met enkel gitaar en pedal steel. Gedurfd als opener, maar daarom niet minder mooi.
Daarna mocht de rest van de band Burns en Niehaus vervoegen voor enkele nummers van de prima nieuwe plaat, Carried To Dust. Op die plaat keren ze terug naar wat ze het beste kunnen: hun heel eigen en unieke woestijnpop spelen. Ondertussen had Burns, die in opvallend goeden doen bleek, zijn publiek in het Nederlands en het Frans verwelkomd, en wel tot tweemaal toe. Met daarbovenop nog een captatio benevolentiae van jewelste: een kleine verwijzing naar 'that thingy' op 4 november. En of wij daar ook al van gehoord hadden. Jawel. Burns antwoordde 'scared on the outside, hoping on the inside' te zijn. En de avond kon niet meer stuk.

Zeker toen enkele gasten die Calexico meegebracht had het podium betraden. Eerst was het aan de Spaanse Amparo Sanchez die "Roka (danza de la muerte)" heel erg passioneel meezong. Ze is het soort Spaanse diva die me eraan doet twijfelen of ik Spaans echt wel zo'n ergerlijke taal vind. Even later kwam Françoiz Breut aan de beurt, een française die nu in Brussel woont. Dé aanleiding voor Joey Burns om een lofrede op Brussel, Zijn Tweedehandswinkels, Zijn Restaurants en Zijn Concertzalen af te steken. En hoewel Breut een spiekbriefje mee had om een van mijn Calexicofavorieten, "Ballad Of Cable Hogue", mee te zingen kon dat toch de pret niet drukken. Later in het optreden mochten ze nog eens aantreden: Sanchez voor een broeierig “Inspiración”, samen met trompettist Jacob Valenzuela, en Breut voor “Slowness”.

Het hele optreden lang, dat bijna twee uur duurde, bleef de gevoelstemperatuur maar stijgen. Niet in het minst door de zinderende interactie tussen de bandleden. Er werd wat afgelachen, daar op het grote podium van de AB -- en dat kwam de sfeer in de zaal uiteraard ten goede. Afsluiten deed Calexico met Crystal Frontier, ook bekend om de remix die Buscemi van dat nummer maakte. Het was een uitbundige, maar nog lang niet uitgefeeste AB, die zo afscheid moest nemen van een schitterend Calexico.

vrijdag 10 oktober 2008

De kracht van woorden

DegrotemonD van en met Valentijn Dhaenens (SkaGeN)

In het STUK in Leuven loopt nog tot 16 oktober de theatermonoloog DegrotemonD. Daarin heeft Valentijn Dhaenens 2500 jaar retorica gebundeld. Hij geeft een overzicht van een reeks tot de verbeeldingsprekende speeches. In het stuk neemt hij de toehoorders mee van Socrates over Goebbels tot Frank Vanhecke.

De setting voor dit alles is het oude auditorium in de Naamsestraat in Leuven. De aanblik van de lege zaal alleen al nodigt uit tot het luisteren naar een krachtige toespraak. De akoestiek is dan ook verbluffend.


Goebbels vs Patton

Elke speech heeft een apart karakter. De speeches die mij het meest aanspraken waren die van Joseph Goebbels en George Patton. Dhaenens brengt deze speeches simultaan, waardoor vooral het contrast in toon tussen Goebbels en Patton opvalt. Beide heren kondigen de totale oorlog af (WO II). Goebbels spreekt zijn publiek toe op een rustige, haast verleidelijke toon. Terwijl Patton de harde, stoere taal niet schuwt om zijn boodschap over te brengen.

Elke toespraak wordt ingeleid door een geluidsfragement. Zo brengt Dhaenens een eigenzinnige vertolking van het Belgische Volkslied, waarna de toespraak van wijlen Koning Boudewijn betreffende de abortuswet volgt.


Aanrader

Mensen die geïnteresseerd zijn in krachtige toespraken in hun oorspronkelijke taal zijn bij DegrotemonD aan het verkeerde adres. Valentijn Dhaenens maakte het voor iedereen toegankelijk en vertaalde alle speeches naar het Nederlands. Met als gevolg dat de kernachtige boodschap soms verloren gaat. Maar geen nood, het acteertalent van Dhaenens compenseert dit ruimschoots. DegrotemonD is een aanrader voor iedereen die openstaat voor een sterk staaltje retoriek.

Voor een interview met Valentijn Dhaenens kan u ook terecht op de site van Klara .



donderdag 9 oktober 2008

Crowdfunding: wie het kleine niet investeert…

Vele kleintjes maken één grote. Dat eenvoudige principe vormt de basis van een nieuwe economische trend: crowdfunding. Voor amper 10 dollar kan je jezelf al aandeelhouder noemen, én in de eventuele winst delen.

Deels sociaal netwerk, deels kapitaalverwerving – zo kan je crowdfunding nog het best omschrijven. Goede doelen en non-profit organisaties gebruiken het Internet al langer om kleine donaties in te zamelen, maar nu hebben ook enkele creatieve ondernemers de kracht van het systeem ontdekt.


Nemen we het voorbeeld van SellaBand.com, een website voor muzikanten zonder platencontract die toch een album willen opnemen. Zij kunnen op de site een profiel aanmaken met hun biografie en liedjes.

Ben je fan van een bepaalde artiest, dan kan je aandelen van hem kopen, aan 10 dollar (7,5 euro) per stuk. Zodra er 5.000 aandelen verkocht zijn, kan die muzikant dan de studio induiken.


Believers

Op twee jaar tijd hebben al 30.000 mensen samen meer dan 2,5 miljoen dollar (1,9 miljoen euro) neergeteld. Vijfentwintig muzikanten hebben inmiddels een plaat opgenomen of zijn er mee bezig.

Tot nu toe bedraagt de gemiddelde kapitaalopbrengst ongeveer 2,5 dollar per aandeel, inkomsten die komen uit cd-verkoop en advertenties. Dat geld wordt verdeeld onder SellaBand, de artiest, en zijn ‘believers’ – een passende naam voor de investeerders annex groupies die hun geloof en geld in de muzikant investeren.


Crowdfunding is tot op heden vooral een zaak van artiesten, zij het modeontwerpers, filmmakers of muzikanten. Logisch als je nagaat in welke bochten beginnende kunstenaars zich moeten wringen om een lening bij een bank los te krijgen. Daarom helpt CatwalkGenius.com beginnende designers nu aan startkapitaal om hun eerste collecties te financieren.


De Britse documentairemaakster Franny Armstrong slaagde er dan weer in om via het Internet meer dan 450.000 pond (565.000 euro) in te zamelen voor de productie van haar film ‘The Age Of Stupid’.

Wie 20 pond (25 euro) stortte, krijgt een vermelding op de website van de film, diegenen die 5.000 pond (6.250 euro) of meer gaven, delen mee in de winst, als die er komt. In het huidige financiële klimaat klinkt zo’n gok lang niet slecht.


Jeugdbewegingen: vrolijke vrienden?

Dat we met “De betere blog” graag het brede culturele veld verkennen, willen we al meteen in een van de eerste posts bewijzen. Met een post over het ‘jeugdwerk’, begot. En niet zomaar natuurlijk. Op 17 oktober is er de jaarlijkse Dag van de Jeugdbeweging.


In steden als Gent en Leuven en andere kleinere provinciestadjes zie je die dag veel te veel jonge mensen in veel te korte broekjes of rokjes met idiote sjaaltjes en vreemde truien door het straatbeeld hossen. Omdat ze dat leuk vinden, maar ook omdat ze eens de aandacht willen vestigen op het belang dat zij hechten aan hun eigen jeugdbeweging én de andere jeugdbewegingen.

Ter gelegenheid van de Dag van de Jeugdbeweging nodigde VER-kijker, het nieuwskanaal van jeugdwerknet.be, van elke jeugdbeweging (FOS, Chiro, KLJ, Jeugd Rode Kruis, KSJ, Scouts en Gidsen Vlaanderen, KAJ en JNM om ze allemaal eens op te noemen) twee leiders of leidsters uit om hun gedacht te zeggen over enkele heikele thema’s. Zoals de ‘k’ in de naam, gemengde werking en de betekenis van het uniform.
Vuurwerk gegarandeerd, zo dachten de jongens en meisjes van Verkijker. Maar uiteindelijk bleek dat wel mee te vallen. Wat er zo allemaal verteld werd kan u vanaf volgende week lezen op de site van Jeugdwerknet (de link vind je hier dan wel), maar nu al, enkel hier: de opvallendste bevindingen van een avondje tussen verschillende jeugdbewegingen.

In tegenstelling tot wat de buitenstaander misschien zou denken is de ‘k’ allang niet meer belangrijk in de gemiddelde jeugdbeweging. Ongeveer de helft noemt zich sowieso al pluralistisch, maar ook voor de overige helft speelt die ‘k’ al helemaal de rol niet meer die ze vroeger wel nog speelde.
Eén enkele beweging zingt nog een gebed voor het eten op kamp en diezelfde beweging heeft ook nog elke avond een bezinning en een kampmis voor het begin van het kamp. Geen enkele andere van de bewegingen rond de tafel kende dat nog. Het meest interessant is misschien wel het geval Scouts en Gidsen, die tot voor kort nog VVKSM heetten. Voor de twee aanwezige leidsters had die naamsverandering niet veel veranderd. Voor die verandering was hun groep ook al niet meer bezig met het katholieke.

- In het meegeven van bepaalde waarden kunnen alle jeugdbewegingen zich wél samen vinden. Naast elke zaterdag of zondag spelletjes spelen, wil de leiding ook waarden als rechtvaardigheid, eerlijkheid en zelfstandigheid meegeven, hoewel ouders dat blijkbaar niet verwachten van de jeugdbeweging. Dat bleek namelijk uit Humo’s grote jongerenenquête van enkele weken geleden.

- En ook over het uniform waren de meningen bitter weinig verdeeld. Elke jeugdbeweging is best wel trots op het eigen uniform, en doet het zelfs buiten de werking aan. Bijvoorbeeld op de festivals om zo andere leiding te herkennen. Er is wel wat medelijden met de chirojongens, omdat hun broekjes toch wel heel kort zijn. Jeugdbewegingen als JNM en Jeugd Rode Kruis hebben nog geen uniforme bewegingskledij, zoals men dat nu soms heel eufemistisch benoemt, maar daar wordt aan gewerkt. En voorlopig passen de lokale groepen daar nog een mouw aan.

- Wat wel voor wat discussie zorgde, was gemengde werking. Dan niet over gemengde werking op zich, maar wel over al dan niet in dezelfde tent/kamer slapen op kamp. Voor sommige groepen is dat geen enkel probleem, ook omdat het aleens zorgt voor een fijn verhaal om verder te vertellen aan volgende generaties.
Andere groepen vinden dat jongens en meisjes vanaf een bepaalde leeftijd niet meer mogen samen slapen, en vanaf een bepaalde leeftijd wél weer mogen samen slapen. Of net niet. En zo heeft ongeveer elke groep wel een andere regeling.

Hoewel de vele jeugdbewegingen die Vlaanderen rijk is toch op heel wat vlakken zwaar van elkaar verschillen, zijn er dus duidelijk ook vele raakpunten. Als dat geen mooi en heel positief uitgangspunt is voor de Dag van de Jeugdbeweging!

En even terzijde voor de medestudenten: Verkijker is nog altijd op zoek naar vrijwilligers met een vlotte pen en een been in het jeugdwerk. En voor wie dat over de streep kan trekken: er hangt een vrijwilligersvergoeding aan vast.
De eerste 4 delen van het interview staan intussen online op jeugdwerknet.be

El volador

Standard-doelman Aragon Espinoza bereidt nieuwe stunt voor.

Vergeet 'El Goleador' Nicolas Frutos, de spits van RSC Anderlecht. Verwelkom 'El Volador'. Aragon Espinoza, de doelman van Standard beweert uit een vliegtuig te zullen springen bij een nieuwe landstitel voor de Rouches. Afgelopen seizoen sprong de Ecuadoriaanse goalie na het veroveren van de eerste titel in 25 jaar in de Maas. Benieuwd aan welke stunt hij zich bij een derde titel zou wagen. Een oplossing voor B-H-V Aragon?

woensdag 8 oktober 2008

Hoog bezoek in Brussel


Voor één keer niet Nicolas Sarkozy of Gordon Brown die in Brussel alle aandacht opeisen, maar wel Jules Rimet, beter bekend als dè Wereldbeker. In het kader van de 'Open Dagen' van het Comité van de Regio's van de Europese Unie wordt hij nog tot donderdag tentoongesteld. Wie de kans krijgt loopt toch maar beter even langs de Belliardstraat, het zal wellicht nog een tijdje duren vooraleer België de rechtmatige eigenaar wordt van La Coupe du Monde.